Nieuws
Bestuurder van failliete bv niet persoonlijk aansprakelijk voor schade leverancier
Een producent van pvc-producten legt een pvc-vloer in opdracht van een besloten vennootschap. De facturen worden niet betaald en de bv gaat failliet. De producent eist bij de kantonrechter van de rechtbank Overijssel dat de bestuurder van de bv de schade vergoedt. Zonder succes.
De producent is van mening dat dat de bestuurder persoonlijk aansprakelijk is voor de schade. Die bestaat uit de niet betaalde facturen. Volgens de producent wist de bestuurder namelijk op het moment dat hij de opdracht aan de producent gaf dat de bv deze facturen niet meer zou kunnen betalen.
Bestuurdersaansprakelijkheid
Persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder van een vennootschap voor de schade die het gevolg is van tekortschieten door de vennootschap wordt niet zo maar aangenomen. Daarvoor is vereist dat die bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Of dit het geval is, is afhankelijk van de aard en ernst van de normschending en de overige omstandigheden van het geval.
Beklamel-norm
Van een persoonlijk ernstig verwijt is volgens vaste rechtspraak sprake als de bestuurder bij het namens een vennootschap aangaan van verbintenissen wist of redelijkerwijze behoorde te begrijpen dat de vennootschap niet aan haar verplichtingen kan voldoen. Dit wordt ook wel de ‘Beklamel-norm’ genoemd.
Ernstig verwijt
Volgens de producent kan de bestuurder van de bv een persoonlijk ernstig verwijt worden gemaakt. De producent meent dat de bestuurder op het moment dat hij haar de opdracht gaf wist of had moeten weten dat de bv de facturen daarvoor niet zou kunnen voldoen. Dit had de bestuurder aan de producent moeten vertellen. Maar hij deed het tegenovergestelde door ⎻ enkele weken voor het faillissement ⎻ in een telefoongesprek met de producent nog te zeggen dat die zich geen zorgen hoefde te maken over de financiële situatie van het bedrijf.
Selectieve betalingen
Dit is de bestuurder ernstig te verwijten, zo stelt de producent, nu hij op dat moment al zou hebben geweten dat het met de bv financieel de verkeerde kant op ging. De bestuurder heeft dat bij de curator verklaard. Ook blijkt dit uit het feit dat het bedrijf zijn bedrijfsruimte net voor het telefoongesprek had verkocht aan een derde. Verder is het de bestuurder ernstig te verwijten dat hij selectieve betalingen aan bevriende zakenrelaties heeft gedaan en andere facturen, die minder lang openstonden dan die van de producent, wél heeft betaald, zo betoogt de producent.
Drempel
De kantonrechter vindt dat de drempel van een ernstig persoonlijk verwijt hier niet wordt gehaald. Het staat volgens de kantonrechter niet vast dat de bestuurder op het moment dat de opdracht is aangegaan wist dat de bv niet meer aan haar betalingsverplichtingen richting de producent zou kunnen voldoen en de producent hierover had moeten informeren. De bestuurder wilde juist doorgaan met de bedrijfsvoering, voerde ook gesprekken om een regeling te treffen met crediteuren van het bedrijf en stuurde niet aan op een faillissement.
Geen ernstig persoonlijk verwijt
Dat het bedrijf wel andere leveranciers heeft betaald kan volgens de kantonrechter evenmin leiden tot een ernstig persoonlijk verwijt. Het op goede gronden doen van selectieve betalingen is niet verboden. De kantonrechter merkt daarbij nog op dat als de bv de producent wel zou hebben betaald andere crediteuren onbetaald zouden zijn gebleven. Dat de producent hierover teleurgesteld is, vindt de kantonrechter begrijpelijk. Maar van een ernstig persoonlijk verwijt is geen sprake. De bestuurder is dan ook niet aansprakelijk en hoeft de schade van de producent niet persoonlijk te vergoeden.
Bron: Rechtbank Overijssel | jurisprudentie | ECLI:NL:RBOVE:2024:5901 11122842 \ CV EXPL 24-1179 | 12-11-2024